De Europese Commissie zet de Belgische ingebrekestelling voor de wet-Major op de havenarbeid niet stop.
Meer nog, naar verluidt wil ze een procedure opstarten om een lange reeks andere bezwaren aan de kaak te stellen. Voor minister voor Werk en Economie Kris Peeters is het alle hens aan dek.
Door Johan Klaps, Kamerlid N-VA
‘Het stelsel van de havenarbeid in overleg met de sociale partners moderniseren.’ Eén zinnetje in het regeerakkoord van 230 pagina’s zorgt nu al maanden of zelfs jaren voor opschudding op het politieke en sociale toneel. Logisch, want het is van cruciaal belang voor al onze havens en dan vooral de Antwerpse haven, die zorgt voor meer dan 150.000 rechtstreekse en onrechtstreekse jobs.
Het begrip ‘moderniseren’ kent verschillende definities en kan op verschillende manieren geïnterpreteerd worden. Uit de vele definities die ik las om dit stuk vorm te geven, sprong er één in het oog. Deze definitie toont waarom de problematiek rond de wet-Major blijft bestaan, waarom die ene zin uit het regeerakkoord niet kan worden afgevinkt, en gaat als volgt: ‘Moderniseren is het met de tijd meegaan, wat betreft machines, manier van bedrijfsvoering, enz.
Het doel is om beter te kunnen concurreren.’
Zo is het duidelijk. Minister voor Werk en Economie Kris Peeters is niet bezig het regeerakkoord uit te voeren. Met wat nu op tafel ligt, zullen de havens niet beter kunnen concurreren. De aanpassing van de wet-Major gaat ook niet met de tijd mee, want de facto is er geen aanpassing. Dit blijkt eens te meer nu de Europese Commissie de Belgische ingebrekestelling niet stopzet.
Meer nog, naar verluidt wil de Europese Commissie een procedure opstarten om een lange reeks andere bezwaren aan de kaak te stellen.
Minister Peeters heeft dit alleszins niet tegengesproken in het parlement, wat toch de nodige bezorgdheid wekt. Voor deze bezwaren, die nota bene uit de sector komen, hebben wij al jaren gewaarschuwd. Bij de minister vielen deze echter steeds in dovemansoren.
Aan het lijntje
Deze wending in het dossier is op zijn minst jammerlijk te noemen. ‘Eerst een veroordeling afwenden, en dan de andere problemen rond havenarbeid oplossen’, suste Peeters steeds. Maanden heeft de N-VA de minister gesteund om in dit opzet te slagen, ook al waren we kritisch over de inhoud van zijn plan, dat niet ver genoeg ging. De minister verzekerde iedereen dat zijn plan zou slagen, maar hield eigenlijk iedereen aan het lijntje: Europa, het parlement, maar ook de dokwerkers. Wat niet mocht gebeuren, is gebeurd: Europa zet de procedure tegen België verder.
Dit is echter evident. Peeters heeft niet gedaan wat Europa hem had gevraagd. Vakbonden blijven de scheepstouwen in handen houden en de logistieke sector blijft gevangen in de cocon van de wet-Major. Dat de Spaanse vakbonden hun regering hebben gevraagd het Belgische systeem over te nemen, zegt genoeg. Dit is nogmaals het bewijs dat het akkoord van Peeters in de praktijk niets verandert.
Wie werkt en wie niet
Dat vakbonden mogen kiezen wie een job mag uitoefenen en wie niet, is een raar fenomeen. Nergens anders dan in het havengebied is dit de normale gang van zaken. Vakbonden kunnen in ‘normale’ bedrijven invloed uitoefenen via hun afgevaardigden of via andere kanalen en, laat me duidelijk zijn, dat juichen we toe. Maar nergens kunnen zij bepalen wie werkt en wie niet. Dit is volgens het Hof van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA) een flagrante schending van de fundamentele rechten van de mens. Het recht om zich niet aan te sluiten bij een (haven)vakbond wordt hierbij straal genegeerd, en dat kan niet.
De Noorse havenpool, die zeer sterke gelijkenissen vertoont met de Belgische, werd in april van dit jaar veroordeeld door het EVA-hof. Dit hof past dezelfde fundamentele verdragsprincipes toe als het Hof van Justitie van de Europese Unie. Een Belgische veroordeling is dus niet zo veraf als eerst gedacht.
Loontoeslag
Het is nu aan minister Peeters om echt in actie te schieten. De pool moet gemoderniseerd worden en niet langer worden opgelegd aan zij die dat niet wensen. Vandaag moet elk bedrijf de pool namelijk ‘voeden’ door een toeslag van 2,5% op de loonmassa te betalen, zelfs al maakt het geen gebruik van de pool. Dit is niet te verantwoorden door een regering die net inzet op een lagere loonkost om bedrijven competitiever te maken.
Ook e-commerce en logistiek moet uit de wet-Major verdwijnen.
Deze zijn duidelijk geen havenarbeid en dienen dan ook niet zo behandeld te worden. Het is niet aan de vakbonden om te bepalen wat havenarbeid is en wat niet. Dit geeft rechtsonzekerheid en onduidelijkheid voor de bedrijven. De loonkost bepalen voor e-commerce- en logistieke bedrijven is afhankelijk van een geografische afbakening in plaats van de aard van het werk.
Binnen de havengrenzen zijn de arbeiders plots havenarbeiders en kosten ze 25 procent meer, ook al doen ze hetzelfde werk als een arbeider buiten de havengrenzen. Het spreekt voor zich dat buitenlandse spelers niet snel geneigd zijn zich onder deze voorwaarden en met deze onduidelijkheden in de haven van Antwerpen te vestigen.
Er dringen zich echte veranderingen op. Time is running out meneer de minister, voor u het weet zitten we mét een veroordeling, maar zonder jobs.
Bron: de tijd
Geen opmerkingen:
Een reactie posten